...

Dat Van Gogh een bewondering had voor Japanse kunst, wisten we al. Hij kopieerde namelijk schaamteloos en bij wijze van oefening een aantal Japanse prenten. Dat Van Gogh echter zijn grote sprong voorwaarts in 1888 haast volledig te danken heeft aan Japan bewijst een uitmuntende tentoonstelling in het Van Gogh Museum in Amsterdam. Zowat alle nieuwigheden waarmee Van Gogh experimenteerde in Arles zijn ingegeven door de ukiyo-e kleurhoutsneden van Hokusai, Hiroshige, Kuniyoshi en andere Japanse grootmeesters. De Van Gogh zoals we hem nu kennen, heeft zijn grote reputatie vooral aan deze periode te danken met zijn zinderende provençaalse landschappen en zijn zonnebloemen in een verblindend geel dat haast pijn doet aan de ogen.Japonisme in ParijsDe curatoren van Van Gogh en Japan bewijzen hun gelijk met een zorgvuldig opgebouwde argumentering. Stap voor stap nemen ze nieuwigheden onder de loep waarmee Van Gogh experimenteerde en vinden telkens overduidelijke aanknopingspunten in de Japanse houtsneden. Van Gogh laafde zich aan de Japanse kunst zoals Pablo Picasso zich een kleine 20 jaar later zou laten inspireren door de kunst uit Afrika en Oceanië. De schok der culturen stuwt niet alleen de mensheid, ook zijn kunst vooruit.Dat Van Gogh viel voor Japan is niet eens verwonderlijk. In de periode dat Van Gogh in Parijs vertoefde (1886-88) was de Lichtstad in de ban van Japan dat pas kort voordien zijn poorten had opengegooid. In die periode van Japonisme ontdekte Van Gogh de Japanse prentkunst, meer zelfs hij werd er verwoed verzamelaar van. Een deel van zijn collectie is trouwens ook in de tentoonstelling te bezichtigen.Een Japanse bonzeDe expositie toont haarfijn de verbanden tussen Van Gogh en de Japanse kunst: het gebruik van felle kleuren en platte kleurvlakken, stevige contourlijnen, opvallende schuine lijnen, inzoomen op details uit de natuur. Ook de ruimtewerking kopieert Van Gogh van zijn Japanse idolen: nadruk op voorplan én achterplan, gebruik van een vogelperspectief met hoog geplaatste of afwezige horizon, afsnijding van onderwerpen _ boomstammen bijvoorbeeld _ aan de beeldranden... Ook uit zijn brieven aan Theo Van Gogh blijkt hoe Vincent de Japanse kunst analyseert _ "De Japanner houdt geen rekening met de weerkaatsing en plaatst effen tinten naast elkaar" _ en ophemelt _ "De Japanse kunst is iets als de primitieven, als de Grieken, als onze oude Hollanders, Rembrandt, Hals, Vermeer... Dat kent geen einde".Van Gogh vereenzelvigde zich dermate met de Japanse kunstenaars dat hij zichzelf afbeeldt als een Japanse bonze, een boeddhistische monnik _ schilderij dat hij opstuurde naar Gauguin. Van Gogh wilde het Japanse ideaal van een collectief van kunstenaars die als monniken in een klooster samenwerken, in Arles in het leven roepen door er een kunstenaarsgenootschap te stichten. Gauguin die zelf op zoek was naar een nieuwe identiteit ging overigens op de uitnodiging in, maar het initiatief liep uit op een sisser.Na het bekijken van deze tentoonstelling kan je niet anders dan concluderen dat de Japanse kunst Van Gogh de impulsen heeft gegeven om uit te groeien tot de grote artiest die hij in zijn laatste levensjaren geworden is en die de weg plaveide voor het fauvisme en andere stromingen die begin 20ste eeuw de kunst een totaal nieuwe wending zouden geven. Van Gogh en Japan. Tot 24 juni in het Van Gogh Museum, Amsterdam. Open zondag t/m donderdag van 9u tot 19u, vrijdag tot 21u, zaterdag tot 18u. www.vangoghmuseum.nl