Theater aan Zee en MuZee hebben voor deze tentoonstelling samen met een groot aantal partners de handen in elkaar geslagen. "Kunst en geestesziekte zijn allebei concepten met heel wazige contouren", schrijft psychiater, kunstenaar en musicus Erik Thys die nauw bij het project betrokken was.

Het Museum van de Eigenzin gaat niet op zoek naar een gemeenschappelijke grond, maar toont juist verschillende en soms 'verstorende' benaderingen. Dirk Pauwels, gastcurator van TAZ#2017, brengt een selectie kunstwerken uit de jaren 1970 vervaardigd in het psychiatrisch ziekenhuis Caritas in Melle. KAOS, kunstatelier in Elsene, werkt samen met kunstenaars met of zonder psychiatrische aandoeningen. Villa Voortman en Museum Dr. Guislain, allebei in Gent, presenteren een nog andere invalshoek. Peter Dufurne toont kunstenaars betrokken bij de vzw WanderArt in Oostende en MuZee zocht in de eigen collectie naar relevante werken.

De titel verwijst naar het nooit gerealiseerde Haus des Eigensinns, het Museum van de waanzinnige Schoonheid in Berlijn: www.psychiatrie-erfahren.de/eigensinn/projekt. Vergeet de insider en de outsider.

Bruisende breinen/Broze breinen

"Het denken over kunst en psychopathologie heeft een lange geschiedenis die teruggaat tot de oudheid", schrijft psychiater Erik Thys in een begeleidende tekst. "Vele oude denkbeelden zijn een eigen leven blijven leiden tot vandaag: de veronderstelling dat artistiek werk van mensen met een psychiatrische stoornis onbezoedelde expressie zou zijn, vrij van culturele conditionering; het idee dat dit werk dienst kan doen als diagnostisch gereedschap en dat mensen in de maatschappelijke marge als vanzelf marginale kunst maken."

"In de 20ste eeuw hebben deze 'idées reçues' aanleiding gegeven tot een onderscheid dat nooit eerder zo scherp geformuleerd was: dat tussen de insiders en de outsiders in de kunst. Die laatsten waren ook maatschappelijke outsiders, waardoor outsiderkunst de enige kunstvorm werd, gedefinieerd aan de hand van het maatschappelijke statuut van de kunstenaar. Het concept outsiderkunst of 'art brut' kwam er met de beste bedoelingen en had een emanciperende intentie, maar het belandde in de valkuil van het paternalisme. Outsiders hadden immers insiders nodig om hun werk te interpreteren, te propageren, te publiceren, te exposeren, te commercialiseren en soms ook te imiteren."

"Een van de oudste ideeën over kunst en psychopathologie is dat er een intiem verband bestaat tussen creativiteit en psychische kwetsbaarheid. Het werd door Aristoteles al erg precies geformuleerd in zijn beroemde vraag: 'Waarom toch lijden zoveel mensen die uitblinken in de poëzie, de kunsten, de politiek, aan melancholie (te veel zwarte gal)?' En ook -- dat is minder bekend -- beantwoord. Volgens Aristoteles wordt zwarte gal gemakkelijk te heet of te koud en zijn mensen met een teveel aan zwarte gal bijgevolg kwetsbaar voor al te hevige emoties, een verschijnsel dat Aristoteles vergeleek met de effecten van alcohol. Maar als de temperatuur 'precies goed' is hebben die mensen een uniek creatief voordeel. Ondanks de lichtjes voorbijgestreefde fysiologische opvattingen van de oude filosoof benadert dit idee de hedendaagse wetenschappelijke inzichten over de kwestie merkwaardig dicht."

"Er blijkt wel degelijk een nauwe band te bestaan tussen creativiteit in brede zin en denkstijlen die aanleunen bij het spectrum psychosegevoeligheid-bipolaire stoornis. De creativiteit is maximaal als deze gevoeligheid 'precies goed' is. Een lage gevoeligheid stemt overeen met weinig creativiteit, een te hoge kan overhellen naar hinderlijke symptomen die de creativiteit doen afnemen. Deze intieme en intrinsieke relatie tussen creativiteit en psychische kwetsbaarheid zet de outsidervisie op zijn kop: bruisende breinen zijn ook broze breinen. Er is dus geen wezenlijke grens te trekken tussen de outsiders en de insiders van de kunst én de psychiatrie, zij zijn -- soms ook letterlijk -- nauwe verwanten."

Het museum van de Eigenzin. Tot 12 november in het MuZee, Oostende. www.muzee.be

Theater aan Zee en MuZee hebben voor deze tentoonstelling samen met een groot aantal partners de handen in elkaar geslagen. "Kunst en geestesziekte zijn allebei concepten met heel wazige contouren", schrijft psychiater, kunstenaar en musicus Erik Thys die nauw bij het project betrokken was. Het Museum van de Eigenzin gaat niet op zoek naar een gemeenschappelijke grond, maar toont juist verschillende en soms 'verstorende' benaderingen. Dirk Pauwels, gastcurator van TAZ#2017, brengt een selectie kunstwerken uit de jaren 1970 vervaardigd in het psychiatrisch ziekenhuis Caritas in Melle. KAOS, kunstatelier in Elsene, werkt samen met kunstenaars met of zonder psychiatrische aandoeningen. Villa Voortman en Museum Dr. Guislain, allebei in Gent, presenteren een nog andere invalshoek. Peter Dufurne toont kunstenaars betrokken bij de vzw WanderArt in Oostende en MuZee zocht in de eigen collectie naar relevante werken. De titel verwijst naar het nooit gerealiseerde Haus des Eigensinns, het Museum van de waanzinnige Schoonheid in Berlijn: www.psychiatrie-erfahren.de/eigensinn/projekt. Vergeet de insider en de outsider. Bruisende breinen/Broze breinen"Het denken over kunst en psychopathologie heeft een lange geschiedenis die teruggaat tot de oudheid", schrijft psychiater Erik Thys in een begeleidende tekst. "Vele oude denkbeelden zijn een eigen leven blijven leiden tot vandaag: de veronderstelling dat artistiek werk van mensen met een psychiatrische stoornis onbezoedelde expressie zou zijn, vrij van culturele conditionering; het idee dat dit werk dienst kan doen als diagnostisch gereedschap en dat mensen in de maatschappelijke marge als vanzelf marginale kunst maken.""In de 20ste eeuw hebben deze 'idées reçues' aanleiding gegeven tot een onderscheid dat nooit eerder zo scherp geformuleerd was: dat tussen de insiders en de outsiders in de kunst. Die laatsten waren ook maatschappelijke outsiders, waardoor outsiderkunst de enige kunstvorm werd, gedefinieerd aan de hand van het maatschappelijke statuut van de kunstenaar. Het concept outsiderkunst of 'art brut' kwam er met de beste bedoelingen en had een emanciperende intentie, maar het belandde in de valkuil van het paternalisme. Outsiders hadden immers insiders nodig om hun werk te interpreteren, te propageren, te publiceren, te exposeren, te commercialiseren en soms ook te imiteren.""Een van de oudste ideeën over kunst en psychopathologie is dat er een intiem verband bestaat tussen creativiteit en psychische kwetsbaarheid. Het werd door Aristoteles al erg precies geformuleerd in zijn beroemde vraag: 'Waarom toch lijden zoveel mensen die uitblinken in de poëzie, de kunsten, de politiek, aan melancholie (te veel zwarte gal)?' En ook -- dat is minder bekend -- beantwoord. Volgens Aristoteles wordt zwarte gal gemakkelijk te heet of te koud en zijn mensen met een teveel aan zwarte gal bijgevolg kwetsbaar voor al te hevige emoties, een verschijnsel dat Aristoteles vergeleek met de effecten van alcohol. Maar als de temperatuur 'precies goed' is hebben die mensen een uniek creatief voordeel. Ondanks de lichtjes voorbijgestreefde fysiologische opvattingen van de oude filosoof benadert dit idee de hedendaagse wetenschappelijke inzichten over de kwestie merkwaardig dicht." "Er blijkt wel degelijk een nauwe band te bestaan tussen creativiteit in brede zin en denkstijlen die aanleunen bij het spectrum psychosegevoeligheid-bipolaire stoornis. De creativiteit is maximaal als deze gevoeligheid 'precies goed' is. Een lage gevoeligheid stemt overeen met weinig creativiteit, een te hoge kan overhellen naar hinderlijke symptomen die de creativiteit doen afnemen. Deze intieme en intrinsieke relatie tussen creativiteit en psychische kwetsbaarheid zet de outsidervisie op zijn kop: bruisende breinen zijn ook broze breinen. Er is dus geen wezenlijke grens te trekken tussen de outsiders en de insiders van de kunst én de psychiatrie, zij zijn -- soms ook letterlijk -- nauwe verwanten."Het museum van de Eigenzin. Tot 12 november in het MuZee, Oostende. www.muzee.be