...

De auteurs hebben een transversale studie uitgevoerd bij 1.500 patiënten met een MRI-incompatibel toestel (pacemaker n = 1.000 en defibrillator n = 500) bij wie een 1,5 tesla-MRI voor onderzoek buiten de borstkas werd uitgevoerd.Veiligheidshalve werden de toestellen ondervraagd en gecontroleerd voor de MRI, zo nodig opnieuw geprogrammeerd en na de MRI opnieuw gecontroleerd.Tijdens de MRI is geen enkel geval van overlijden, falen van de elektrode, verlies van capture of ventriculaire ritmestoornissen opgetreden. Na de MRI diende een impulsgenerator van een defibrillator onmiddellijk te worden vervangen (geen respons op de standaardtests), maar dat toestel was niet correct opnieuw geprogrammeerd voor de MRI. Er is geen enkel ander geval van falen van de pacemaker of de defibrillator opgetreden.Na de MRI hebben zes patiënten een atriumfibrillatie of -flutter ontwikkeld, die spontaan genas, en waren er zes gevallen van partiële elektrische reset.De parameters van de toestellen zijn merendeels stabiel gebleven en de zeldzame keren dat vooraf gespecificeerde drempels werden overschreden, zijn er geen nadelige gevolgen opgetreden.De auteurs concluderen dan ook dat een 1,5 tesla-MRI buiten de thorax geen groot risico inhoudt bij patiënten met een pacemaker of een defibrillator die niet MRI-compatibel is. Voorwaarde is wel dat dezelfde voorzorgsmaatregelen worden genomen als in deze studie.RJ Russo et al. N Engl J Med. 2017; 376: 755-64.