...

De groep uit Rijsel heeft eerst een onderzoek uitgevoerd bij 596 patiënten die tussen januari 2009 en december 2015 waren geopereerd in het CHRU van Rijsel (298 's morgens en 298 's middags) (hartklepchirurgie en/of coronaire overbruggingschirurgie). 500 dagen na de operatie was het aantal ernstige complicaties zoals myocardinfarct en hartfalen bijna de helft lager (9,4% versus 18,1%) bij de patiënten die 's middags waren geopereerd.Daarna hebben ze een gerandomiseerde klinische studie uitgevoerd bij 88 patiënten bij wie de timing van de hartchirurgie willekeurig werd bepaald. Opnieuw was de hartspier minder beschadigd bij de 44 patiënten die 's middags waren geopereerd, dan bij de patiënten die 's morgens waren geopereerd. Vervolgens hebben de wetenschappers een genetisch onderzoek verricht op hartspierbiopten. Ze hebben zo vastgesteld dat de expressie van tal van genen, waarvan de meeste te maken hebben met de werking van de biologische klok in onze cellen, ook in de hartcellen, verschilde volgens het uur waarop de biopsies werden uitgevoerd.Ze hebben dan het Rev-Erb alfa-gen, dat 's morgens het sterkst tot expressie wordt gebracht, onder de loep genomen. Bij blokkering van het gen of toediening van stoffen die het Rev-Erb alfa-eiwit neutraliseren, bleek de hartspier van muizen veel beter te herstellen van een chirurgische ingreep en vertoonde ze veel minder schade.Een inzicht in dat mechanisme kan ons op het spoor zetten van nieuwe behandelingen. In een commentaarstuk schrijven twee cardiologen uit Lyon, namelijk Thomas Bochaton en Michel Ovize, dat de resultaten zo overtuigend zijn dat ze hartchirurgen aanraden om patiënten die het hoogste risico lopen, 's middags te opereren. (referenties: The Lancet, 26 oktober 2017, DOI: 10.1016/S0140-6736(17)32132-3 et 10.1016/S0140-6736(17)32177-3)http://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736(17)32132-3/fulltexthttp://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736(17)32177-3/fulltext