...

De Dienst stelde bij het onderzoek van een arts vast dat die het codenummer 476254 voor ambulante Holter-monitoring verschillende dagen na elkaar aanrekende.De dienst beschouwde dit als een inbreuk, want volgens de omschrijving van de prestatie moet de monitoring minstens 24 uur duren. Duurt het onderzoek langer dan een dag, dan mag men de prestatie niet opnieuw aanrekenen.De Dienst vroeg zich af of cardiologen dit vaker doen en vroeg de facturatiegegevens voor Holter-monitoring op bij de ziekenfondsen, dat voor de periode januari 2014 - maart 2016.Het codenummer voor ambulante monitoring wordt wel vaker op achtereenvolgende dagen aangerekend. De dienst opende een onderzoek in zeven ziekenhuizen en bij vijf artsen - zij die de prestatie het vaakst aanrekenen.De diensthoofden cardiologie en de artsen werden verhoord en de rapporten en tracés opgevraagd.De DGEC besloot dat deze zeven ziekenhuizen en vijf artsen tussen januari 2015 en november 2016 het Riziv voor 432.248 euro te veel hadden aangerekend, non-conform met de nomenclatuur.Processen-verbaal werden opgesteld en de 'onverschuldigde' bedragen werden teruggevorderd (en terugbetaald).Ook het gebruik van nomenclatuurnummer 476265 voor Holter-monitoring bij ziekenhuispatiënten werd geanalyseerd.Verdachte herhalingen van dit nomenclatuurnummer waren er weinig, maar de DGEC vond dat sommige ziekenhuizen de prestatie opvallend vaak aanrekenden.Zeven ziekenhuizen die het nomenclatuurnummer het frequentst gebruiken, kregen ook een bezoek van de DGEC. Dat leidde tot een onderzoeksrapport.De DGEC neemt zich voor het gebruik van deze nomenclatuurnummers ook in de toekomst te bewaken.De dienst stelt voor de omschrijving van de prestaties in de nomenclatuur aan te passen, dan wel om de codenummers te schrappen.