...

U bent een van de pioniers in robotchirurgie. Hoe schat u uw invloed wereldwijd op dat gebied in?Mijn invloed zit 'm in de opleiding: doordat ik een van de pioniers ben, heb ik heel wat robotcentra mee helpen opbouwen. Vandaag ben ik verantwoordelijk voor heel wat opleidingen in Europa, en bij uitbreiding de hele wereld. Het Europees trainingscurriculum, waarvan de training doorgaat in ORSI Academy (trainingscentrum voor robotchirurgie waarvan Mottrie de bezieler is, nvdr), wordt immers overgenomen in de Verenigde Staten, India en ga zo maar door. Ik geloof in innovatie, maar innovatie heeft structuur nodig. Opleiding is daarbij een cruciale, zo niet de belangrijkste voorwaarde. Leercurves gaan ten koste van patiënten.Je moet toch met een nieuwe technologie leren werken?Ja, maar het is mijn overtuiging dat de opleiding op termijn totaal uit het operatiekwartier moet verdwijnen. U wil toch ook geen chirurg met nauwelijks ervaring op zijn teller? Met ORSI Academy kunnen we vandaag al heel geavanceerde en realistische trainingstechnieken aanbieden, zodanig dat de leercurve tot een minimum beperkt wordt.Belangrijk is dat opleidingen wetenschappelijk gefundeerd zijn. Nieuwe trainingsmethodes moeten een meerwaarde kunnen aantonen ten opzichte van de voorgaande. Daar zetten we bij ORSI nu hard op in. De volgende stap is die opleidingen te laten certificeren. De betrokkenheid van de universiteiten daarbij is onontbeerlijk, bijvoorbeeld door objectieve opleidingscriteria vast te leggen.ORSI Academy moet "een soort Vlerick School van de geneeskunde" worden. Wat houdt dat in?Ten eerste willen we de robotchirurgie naar een hoger niveau tillen. Naast urologie, gebeurt vandaag al 20% van onze trainingen in de endovasculaire chirurgie. Op termijn is het de bedoeling om ook opleidingen in de neurochirurgie, orthopedie enzovoort in ORSI te verzamelen en aan te bieden. Vorig jaar hebben we 700 chirurgen opgeleid, 92% daarvan kwam uit het buitenland. Dat cijfer zal volgens mij alleen maar toenemen. België behoort wereldwijd tot de top van geneeskundeopleidingen; als onze universiteiten meegaan in dit platform kunnen ze hun scope sterk verbreden. En, niet onbelangrijk: België ligt redelijk neutraal in Europa. Die positie moeten we een beetje misbruiken (lacht). Waarom zouden we onze kennis niet samenbrengen? Samen bereik je toch veel meer dan alleen? Iedereen moet gewoon uit zijn hoekje durven komen. Naast opleiding is er nog een belangrijk luik R&D, daarbij is het doel om elke innovatie op vlak van chirurgie binnen te halen. Zo willen we start-ups bijvoorbeeld de gelegenheid geven om er zich te ontplooien, multinationals kunnen in ORSI hun nieuwste technologieën ter beschikking stellen. Dat alles zal meer werkgelegenheid en knowhow creëren, nog meer internationale spelers aantrekken,... Vlaanderen is aan het evolueren van een klassieke industrie naar een knowhow-industrie, gezondheidszorg speelt daar een belangrijke rol in. Samen met andere initiatieven willen we daar met ORSI aan bijdragen, tegelijk willen we die initiatieven de gelegenheid geven om ons te 'gebruiken'.U kan uw ideeën natuurlijk doordrukken omdat u al enige invloed hebt.Dat zal inderdaad helpen, dat kan ik niet ontkennen. Alles begint in feite bij iemand vinden die bereid is om naar je ideeën te luisteren. Voor mij was Hugo Vanermen (internationaal gereputeerd hartchirurg, lang verbonden aan OLV Aalst, nvdr) destijds zo iemand. Hij geloofde ook erg in innovatie, en ondervond zelf het nut van robottechnologie in de hartchirurgie. Hij drukte me op het hart de evolutie ervan in de urologie op te volgen. Toen ik uiteindelijk om een robot vroeg, heb ik hem gekregen. Ik moet het ziekenhuismanagement dankbaar zijn dat ook zij destijds in mij geloofden, van geen enkel ziekenhuis heb ik ooit zoveel kansen gekregen. Elke week denken de collega's: "met welk idee gaat Mottrie nu weer afkomen?" (lacht)Hoe ziet u de robotchirurgie evolueren?Wie de voordelen kent van robotchirurgie tegenover de klassieke methode, weet dat er no way back is. Ik ken artsen die destijds resoluut tegen robotchirurgie waren -- "dat is experimenteel", "Mottrie is een cowboy" --, tot de dag dat ze er effectief een konden testen. Ineens was er niets beters, en moesten ze per se het allernieuwste model in huis hebben. Er is een tijd geweest waarin er meer Da Vinci-robots per capita waren in een straal van 15 kilometer rond ons ziekenhuis dan waar ook ter wereld. Van in den beginne heb ik ervoor gepleit om robotgeassisteerde ingrepen te centreren in grootvolumeziekenhuizen. Lagevolumeziekenhuizen moeten op hun beurt samenwerken met deze centra. Uiteraard voor de kosten-baatverhouding, maar alleen zo kan je als chirurg de nodige ervaring opdoen. Artsen moet op expertniveau kunnen werken in plaats van op proficiency niveau.In Limburg sloten vier urologiediensten recent een samenwerkingsakkoord.En dat is bewonderingswaardig. Het enige nadeel is dat ze daarin sneller waren dan wij (lacht). Ik wil dat hier in het Aalsterse in feite al 15 jaar bereiken, maar je moet alle factoren mee hebben hé. Ook de politieke. Ik probeer nu om urologie als eerste dienst te laten fusioneren, en zo een katalysator te zijn voor andere diensten. Netwerking is de toekomst.Hoe ziet de toekomst er volgens u uit?Ik ben ervan overtuigd dat netwerking zijn voordelen heeft, maar niet van het idee om dat uitsluitend regionaal te organiseren. Voor hyperspecialisatie moet je de regio's kunnen overstijgen, vind ik. De universiteiten kunnen daarin ook niet altijd een centrale positie claimen. Op vlak van robotchirurgie hebben wij bijvoorbeeld tien jaar meer ervaring dan eender welk universitair ziekenhuis in België.(op dreef) Op termijn is het mijn wens om kwaliteitsindicatoren te introduceren in de robotchirurgie; een robotchirurg zal zijn credentials moeten kunnen voorleggen, net zoals je nu moet kunnen aantonen een opleiding te hebben gevolgd. Maar het verhaal stopt niet na die initiële opleiding; er is uiteraard ook de kwestie van her-licensiëren. Vliegtuigpiloten worden ook om de zoveel tijd opnieuw aan tests onderworpen, waarom chirurgen niet?Zal een robot de arts ooit volledig kunnen vervangen?Dat denk ik niet, maar zeker is wel dat de robot onze kennis als arts enorm zal vergroten. Ik denk aan diagnosestelling, het automatiseren van ingrepen. Zo bestaat er vandaag al een prototype van een robot die op basis van preoperatieve 3D-beelden in staat is om zich een weg te banen in het te opereren gebied en daarbij kan verkennen op hoeveel weerstand hij botst, zodanig dat het risico om vaten te perforeren tot nul herleid wordt. Van zodra hij ook in staat is om weefsels te herkennen, zal onze operatiezaal er helemaal anders uitzien. Dat zal geen tien jaar meer duren.