...

In december van vorig jaar ondertekenden het Algemeen Stedelijk Ziekenhuis Aalst-Geraardsbergen-Wetteren (ASZ), het Algemeen Ziekenhuis Sint-Blasius met vestigingen in Dendermonde en Zele (AZ Sint-Blasius) en het Onze-Lieve-Vrouwziekenhuis Aalst-Asse-Ninove (OLV Ziekenhuis) een charter om samen een ziekenhuisnetwerk te vormen.Die samenwerking zal stapsgewijs worden uitgebouwd, legt dr. Steven Rimbaut (hoofdarts ASZ) ons uit. Zo hebben de drie ziekenhuizen zich samen met de ziekenhuizen uit Oudenaarde, Ronse en Zottegem kandidaat gesteld voor een PET-scanner. Van zodra de PET-scanner binnenkort in Aalst is geïnstalleerd, kunnen kankerpatiënten voor deze onderzoeken in een volwaardig kankercentrum terecht in eigen regio. Voor percutane vervangingen van de mitralis(hart)klep en harttransplantaties werken de ziekenhuizen al samen. Verder bereiden ze samenwerking voor op gebied van het klinisch laboratorium en het laboratorium voor pathologische ontleedkunde. Ze gaan eveneens de krachten bundelen om in Dendermonde een erkend stroke-centrum (voor gespecialiseerde behandeling van beroerten) uit te bouwen.De basiszorg zal daarbij zoveel als medisch verantwoord worden verspreid over de acht campussen, en gespecialiseerde medische zorg zal worden geconcentreerd waar nodig. "De handleiding voor duurzame netwerken ga je niet terugvinden in een 'boekje' over echelonnering 1.0 stuur alles maar door naar ons en als je braaf bent, krijg je de patiënt terug", pikt dokter Eric Wyffels (hoofdarts OLV) in. "Nu gaat het over taakafspraken, het samen uitbouwen van een complementair zorgaanbod uit. Dat is totaal iets anders dan de klassieke, getrapte verwijsnetwerken."Change managementIn de vorige aflevering, waar het Antwerpse ziekenhuisnetwerk ZNA-GZA centraal stond, schreven we dat de samenwerking er in eerste instantie gegroeid is vanuit de artsen. Dat is in het Dendernetwerk niet anders. En ook in dit ziekenhuisnetwerk dikken de samenwerkingsvoorstellen snel aan. "Het wordt een kwestie van prioriteiten stellen", zegt dokter Rimbaut. De term 'selecteren' nemen de hoofdartsen liever niet in de mond.Hoewel het enthousiasme bij de medewerkers groot is, blijkt niet iedereen vanaf het begin 'mee' met het nieuwe verhaal. "Netwerkvorming is een typevoorbeeld van zogenaamde managed care. Dat is voor vrije beroepers sowieso niet vanzelfsprekend", zegt Eric Wyffels. "Maar meer dan dat vraagt een dergelijke doorgedreven samenwerking een verandering van ik-denken naar wij-denken, naar een nieuwe identiteit. Daaraan gewend geraken vraagt tijd.""Door een netwerk te vormen, staan artsen een deel van hun vrijheid af", vult dr. Raf Jacobs aan (hoofdarts AZ Sint-Blasius). "In het verleden konden ze zelf het initiatief nemen om samen te werken met artsen uit andere ziekenhuizen. Nu zullen bepaalde samenwerkingen mogelijk wat afgebouwd worden ten voordele van samenwerkingen binnen het netwerk. "De bestaande samenwerkingen met de universitaire ziekenhuizen blijven weliswaar, preciseren de artsen. "Op netwerkniveau zullen we onze universitaire partners kiezen met respect voor de reeds aangegane verbintenissen." Grensoverschrijdende netwerken sluiten ze daarbij niet uit.Do ut des, vatten de hoofdartsen het samen. "Ik geef opdat jij geeft. Het komt erop aan duidelijk te maken dat geven niet gelijk is aan afgepakt worden." Daarvoor is een unisono boodschap nodig, zijn de drie artsen het eens. Ergo: "Zet jullie samen, dames en heren!"Ook belangrijk: helder communiceren over de vooruitgang. "Er zijn veel momenten waarop je feedback kan geven", vult dokter Jacobs aan. "Tijdens overleg met de medische raden, met de diensthoofden, met de artsen... In zo goed als elk gesprek met een individuele arts komt het topic wel eens naar boven. Daaraan merk je dat de thematiek echt leeft."Quid wetgevend kader?De medisch directeurs erkennen wel dat de onduidelijkheid van overheidswege, met name het ontbreken van een wetgevend kader omtrent netwerkvorming, voor nogal wat onzekerheid kan zorgen. Steven Rimbaut: "We hebben zelf al heel wat werk verricht door ons onder meer te baseren op KCE-studies, maar sommige vragen blijven uiteraard. Hoe ziet de governancestructuur er uit in een netwerk? Wat met de financiering? Wat is het statuut van de 'netwerkarts'? Hoe naar een bestuurlijke integratie te gaan?" Dokter Wyffels knikt. "Als daar binnenkort geen antwoord op komt, vrees ik dat de initiatiefnemers wel eens tussen hamer en aambeeld kunnen komen. Ministers De Block en Vandeurzen, het is aan jullie."