...

AchterklapJean is een kloeke tachtiger en sinds kort verhuisd naar het plaatselijke rust- en verzorgingshuis. Ik bezoek hem wegens vermoeden van prostaatklachten. Tijdens de opleiding had een Nederlandse prof oncologie ons op het hart gedrukt alle patiënten onder verdenking van een tumor op de vinger te nemen. Ik ben vroeg gegaan in de hoop Jean op bed te kunnen onderzoeken. Hij slaapt nog prinsheerlijk. Wanneer ik zijn kamer betreed, opent hij langzaam z'n guitige ogen en lacht vriendelijk zonder te vermoeden wat hem te wachten staat."HA DOK!", buldert hij me toe, zijn aanzienlijke aantal levensjaren nog ruim overtreffend in decibels. Ik bespeur gelukkig zijn hoorapparaatjes op het nachttafeltje en besluit hem er op zijn minst eentje in te doen. Dat blijkt nog een hele klus, maar omdat ik niet door de hele gang wil brullen dat ik een rectaal toucher ga doen zet ik door. Wanneer het ding na veel gepruts eindelijk goed zit, constateer ik tot mijn spijt dat-ie het niet doet."DE BATTERIJ IS PLAT!", toetert Jean. Ik vrees veel tijd te verliezen en sein Jean met behoorlijk suggestieve zelf verzonnen gebaren dat hij op zijn zijde moet gaan liggen zodat ik zijn prostaat kan checken.Hij lijkt me te begrijpen want hij keert me de rug toe en trekt langzaam de beide knieën wat op. Tot hij bij het inbrengen van mijn toucherende vinger plots gilt (met het tweede hoorapparaat in zijn handen): "DAAR MOET-IE NIET IN, HOOOOOOOR!!!"Patrick Haazen, huisarts in WilrijkCecile is een chronische patiënte die ik om de zes weken zie. Op een morgen belt ze: "Dokter, is dat vandaag je dag?""Ja", zeg ik."Ik zou liever hebben dat je vandaag niet komt.""En waarom niet, Cecile?""Ik ben ziek."Frans Buyse, huisarts in AdinkerkeFietshelmAch, het kwam best goed uit, die lange onverwachte fietstocht. Ik zat toch in een energiedip dus wat extra beweging leek me wel een goeie remedie. Daarnaast moet dringend mijn nieuwe fietshelm ingereden worden (ik ben eindelijk gezwicht voor het gezeur van mijn kinderen).Maandagochtend was ik naar Antwerpen gereden voor de laatste sessie van de mindfulness cursus die ik volg, en terug thuis had ik snel de auto voor de fiets verruild om naar de praktijk te rijden voor de raadpleging. Waarna er een huisbezoek in Kasterlee gevraagd werd. Dilemma: snel naar huis fietsen en daar de auto pakken of toch maar fietsen? Oké, het wordt fietsen. Zoals gezegd zou een extra portie beweging hopelijk mijn dip genezen. En zo ver is Kasterlee nou ook weer niet.Toch niet langs de grote weg. Maar die koos ik niet, ik zou wel wat fietsknooppunten volgen en zo nog een beetje de toeristische route volgen. Al was het al laat, koud, donker en nat.Al bij het eerste bordje ging het mis: knooppunt 46 stond niet op het lijstje dat ik snel neergekrabbeld had na een blik op fietsnet.be. Maar zo ver kon het niet van de route af liggen, ik fietste gewoon door in de hoop vanzelf bij een knooppunt uit te komen dat wél op mijn lijstje stond. Maar ook 62 stond er niet op, en ik passeerde Schoonbroek, Oud-Turnhout en dwaalde steeds verder af. Dan maar verder op de telefoon met Google Maps. De telefoon stelde me gerust, leidde me van Lage naar Hoge Darisdonk en beloofde me dat ik over een dikke twintig minuten in Kasterlee zou zijn.Dat zou ook zeker gelukt zijn. Als de batterij het niet begeven had. Ik fiets op goed geluk verder. Ergens zal ik toch wel iets tegenkomen dat ik herken?Ja hoor, daar zie ik ineens Corsendonks Hof, dat ken ik! Even ben ik nog in de verleiding om het stikdonkere kleine baantje langs Corsendonk te volgen, maar ik vertrouw mijn oriëntatiegevoel dat zegt dat ik zo toch echt richting Kasterlee ga, voor geen cent meer. Net nu het voor één keer wel gelijk had...Ik ga nu voor zekerheid, dus capituleer voor de grote wegen. Maar dan gaat het helemaal mis: ik kom uit op de weg naar Retie. Retie of all places! Ondertussen is er geen kat meer op straat en kan de regen me al lang niets meer schelen. Vanaf nu is het volledige overgave aan de verkeersborden. Naar centrum Retie, daar zal vast een bordje staan naar Kasterlee.Dat bordje staat er: 'Kasterlee, 10 km'.Ik trap tien smerige natte koude kilometers weg, en hoop onderweg niet van mijn fiets gesleurd te worden door één of andere onverlaat. In geen velden of wegen is hier een levend wezen te bekennen.Het is bijna halfacht als ik compleet gaar op mijn bestemming arriveer. Ik strompel van mijn fiets en mijn tenen schieten collectief in een pijnlijke kramp.De verpleegkundige kijkt ostentatief op haar horloge als ik me meld voor het huisbezoek aan mevrouw H. Nu nog een dokter? Op dit tijdstip??Ze geeft me de map en wijst me naar de kamer van mevrouw H. Zachtjes duw ik tegen de deur. Het is donker en stil in de kamer. Op één geluid na: het diepe gesnurk van mevrouw H. Ze is al lang in dromenland, ik ben voor niets gekomen. Er zit niets anders op dan morgen terug te keren.Nu nog elf lange saaie kilometers naar huis. Ik kan geen fietsknooppunt meer zien.De conclusies één dag later:- ik voel me nog steeds belachelijk met mijn fietshelm. Maar alles ter meerdere eer en glorie van het goede voorbeeld.- 45 kilometer bleek een prima medicijn, de dip is terug in zijn hol gekropen.- mevrouw H. stelt het prima en ik heb een platte band. 'Helemaal aan gort gereden', zei de fietsenmaker. Martine Schrage, huisarts in TurnhoutNaar de fysikaterToevallig nog eens labo-uitslagen bekijkend in de gang en de deur van de wachtkamer op een kier, hoor ik een geanimeerd gesprek tussen twee mannen aangaande hun huwelijksleven of gebrek eraan.De ene had blijkbaar goed geluisterd naar de andere en riep plotseling vrij hard :"maar ge weet dat toch: 'Met een frigidaire vrouw moet je naar een fysikater gaan!'Walter Hermans, psychiater in GentOp een mooie Pinksterdag"Op een mooie Pinksterdag" (1) werd ik als dokter van wacht geroepen bij een (volumineuze) mevrouw met verschrikkelijk hevige buikpijn.Na een systematisch afgevinkte anamnese - we weerhouden vooral amenorroe sinds geruime tijd waarvoor behandeling, voorlopig zonder resultaat - vroeg ik de dame een vaginaal toucher te mogen uitvoeren."Wat ik toen voelde heeft me blij gemaakt en diep geraakt" (2).Mijn 100% zekerheidsdiagnose "Mevrouw, U staat op het punt te kopen" werd niet op enthousiast applaus onthaald: verbijstering, ongeloof, ontkenning en - vooral bij de echtgenoot - nauwelijks ingehouden woede...De diep vereerde duif waar de paters uit zijn schooltijd mee dweepten, dat geniepig onderkruiperbeest, die heimelijke duiker: hij had het er nooit voor gehad. En dan ook nog "'t kan van de behanger zijn of van een Franse zanger zijn of iemand uit Den Haag..."(1).Ik probeerde duidelijk te maken dat er geen tijd was om via hogere wiskunde de productiedatum te achterhalen , maar dat ze ASAP naar het ziekenhuis moesten."Het ging verbazend goed vooruit..."(2)Nauwelijks anderhalf uur later hing de gynaecoloog aan de telefoon met ruim 3 kg babygirl in de hand!"Alles komt goed, wat je ook doet, alles komt goed..."(3)Het IS ook goed gekomen: het lieve kind heeft intussen meer dan 30 lentes op de teller en is de onvoorwaardelijke steun en toeverlaat van pa en ma.Maar...Dat een vrouw bij uitblijven van de regels niet automatisch richting zwangerschap denkt, vervolgens voetballend nieuw leven in haar buik niet voelt en uiteindelijk barensweeën niet herkent ondanks 2 vorige ervaringen ter zake, blijft tot op de dag van vandaag een compleet raadsel voor mij.Maar ja, ik ben dan ook maar een man, hé!Pierre Stallaert, huisarts in Roosdaal(1) Leen Jongewaard en André van den Heuvel(2) Raymond Van Het Groenewoud(3) Bart Van Den BosscheBij de gynaecoloogEen patiënte komt voor haar uitstrijkje; "Dag dokter, ik kom voor mijn uitstreepje."Een kleuter komt mee met zijn zwangere mama en ik toon op de echobeelden de kleine foetus; Ik: "Kijk, jullie baby is nog zo klein, hij speelt in het water van mama's buik."Zoontje: "Waarom verdrinkt hij dan niet gewoon?"Ik leg aan een patiënte uit dat we een curettage moeten doen.Ik: "Een curettage, dat is eigenlijk een soort kuising van de baarmoeder."Zij zegt: " Ge moet er mij niet van spreken, ik ken er alles van, ik kuis hele dagen!"Een kersverse papa, echtgenoot van een daags tevoren bevallen patiënte, spreekt mij aan en zegt me: "Dokter, die grote botten die gij aandeed bij de bevalling, nu begrijp ik dat wel, dat is niet om uw eigen voeten te beschermen, maar dat is om na de bevalling snel die baby af te geven en met uw zevenmijlslaarzen rap weg te lopen... Zo schreeuwen dat die baby's doen..."Op raadpleging vraag ik aan een kindje dat meekomt: "Zou jij liefst een broertje of een zusje krijgen?"Het jongentje zegt: "Pff eigenlijk liefst een broer, of anders een voetbalzus."Sophie Wostyn-Servaes, gynaecologe in BruggeDringendOp een namiddag word ik gebeld door een patiënte in grote paniek: "Dokter, u moet dadelijk komen, ik heb zo'n buikpijn." Ik antwoord: "Is het echt zo dringend, mevrouw?"Waarop zij antwoordt: "Natuurlijk moet je direct komen, anders is de pijn misschien over!"Godelieve Van Haver, huisarts in St-PauwelsPiepende schouderMijn verhaal komt nog uit de tijd van de semafoon. Het is dus al wel een tijdje geleden. Het was ook nog de tijd van de hibo 's in de plaats van haio's.Feit was dat mijn toenmalige hibo nog nooit een schouder-infiltratie voor PSH had gezien. Dus was haar vraag, om als de kans zich zou voordoen, zij daarbij zou mogen aanwezig zijn.Zo gezegd zo gedaan: op een bepaalde morgen belt een wat oudere dame voor verschrikkelijke pijn in haar schouder, die ze ook nog maar amper kon bewegen.Mijn hibo en ik dus samen daar naar toe. Ik voerde de infiltratie uit, en na even wachten vroeg ik aan de dame: "Hoe is het met uw pijn?." Ze antwoordde: "Maar dokter, ik heb bijna geen pijn meer."Dus vroeg ik haar of ze eens even wilde proberen om wat te bewegen met de schouder.Verbaasd keek ze omhoog naar haar hand, die ze zonder problemen in de lucht kon steken. Net op dat moment ging mijn semafoon af.Verbouwereerd staarde ze me aan, en zei: "Dokter, ik kan er alles mee doen met mijn schouder, en heb geen pijn meer. Maar, maar, nu piept ze..."Jan Van de Cruys, huisarts in Herselt'Ik zit vast'Op een mooie dag krijg ik van een van mijn patiënten een smsje "dokter kan u eens komen; dringend.. ik zit vast" Ik vind dat nogal een rare oproep eerlijk gezegd, maar ik ga toch ter plaatse. Het is niet gemakkelijk de vrouw in kwestie te vinden; ze hangt ergens half uit een raampje boven de kelder en zit met haar middel vast in het raamkozijn "Goeie genade," zeg ik, "ik bel de brandweer." "Neen," schreeuwt de dame, "geen sprake van." Ik zeg ja ok, maar hoe lang hangt u daar al? Ik kan u niet loskrijgen; ik kon met moeite tot aan het raamkozijn, laat staan dat ik kon duwen of trekken. Dat leek me trouwens geen goed idee want ik zou de dame kunnen verwonden en letsels veroorzaken. Ik probeerde het nogmaals: "Ze gaan het raamkozijn moeten uitpakken." "Neen!" schreeuwde ze nogmaals, "er zijn geen vrouwen bij de brandweer." "Vrouwen? Waarom moet u een vrouw hebben; zijn mannen niet goed genoeg? Wat was u aan het doen eigenlijk?" "Ik had mijn sleutels binnen laten liggen en de deur dicht gegooid, dus ik probeerde langs hier binnen te geraken." "Ja ok, maar ik ga toch hulp bellen, u kan daar niet blijven hangen tot u bent afgevallen!" "Neen!" "Maar enfin, wat is nu het probleem eigenlijk?" merk ik nogmaals op. "Wel euh... ik heb geen onderbroek aan." (ze had een rok aan welteverstaan) "Maar enfin, ik denk dat die mannen wel meer gewoon zijn." Uiteindelijk ben ik eerst terug gereden om bij mij thuis een onderbroek te gaan halen... en heb daarna de brandweer gebeld.... voor een deftige hulpverlening. Vera De Vleesschauwer, huisarts in Gent