Vorige week kon u op artsenkrant.com lezen dat het Riziv in totaal 13,5 miljoen euro terugeist van veertien ziekenhuizen omdat deze MRI-scans maakten met niet-erkende toestellen. Tijdens een controle van 144 MRI-toestellen stelde de DGEC (Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle) vast dat er 17 van die (ondertussen stilgelegde) toestellen niet erkend waren. De ziekenhuizen in kwestie, waarvan vijf in Vlaanderen, vijf in Wallonië en vier in Brussel, factureerden er zo'n 90.934 scans mee.

Retroactief

In een reactie laakt de Belgische Vereniging voor Radiologie (BVR) de grond waarop de terugvordering steunt, en de grootte van de bedragen. BVR-voorzitter Geert Villeirs: "Net zoals het Riziv zijn wij voor een strikt beleid en daarom hebben we het handhavingsbeleid mee vormgegeven, met onder meer de opmaak van een 'kadaster' van zware medische apparatuur." Op die manier moesten, proactief, alle niet-erkende toestellen uit het MRI-landschap verdwijnen.

Dat het Riziv dit beleid nu retroactief aanwendt om "hoge terugvorderingen te eisen, zonder enig overleg en volledig tegen de geest van de gevoerde onderhandelingen in", ervaart de vereniging naar eigen zeggen als unfair.

In het persbericht verklaart de BVR dat de details van het handhavingsbeleid pas in de loop van 2015 uitgewerkt werden. Het juridische sluitstuk verscheen in december 2016 in de programmawet. Bij de berekening van de terugvorderingen ging het Riziv echter terug tot 7 januari 2015. Daardoor vallen de terugvorderbare bedragen erg groot uit, aldus de BVR.

"Veel harder"

Volgens Villeirs zijn de terugvorderingen overigens niet van dezelfde orde als de dadingen die de sector van de nucleaire geneeskunde kreeg omwille van niet-erkende PET-toestellen. "In tegenstelling tot bij de radiologen, werden de niet-erkende toestellen onmiddellijk erna erkend", zegt Villeirs. Hij vindt dan ook dat zijn beroepsgroep "veel harder" wordt aangepakt dan de nucleair geneeskundigen, en spreekt van een vertrouwensbreuk bij vele radiologen.

Tot slot wijst de voorzitter erop dat de gesloten enveloppe in 2015, het jaar waarin de 17 niet-erkende MRI-toestellen in werking waren, niet werd overschreden. De huidige terugvorderingen vormen volgens hem een "zoveelste besparing" op het budget medische beeldvorming.

Technologische innovaties

De radiologen vragen dan ook dringend budget voor een Protocolakkoord II. "De MRI-capaciteit moet na het wegvallen van de niet-erkende toestellen terug op peil gebracht worden, de wachtlijsten moeten korter en er moet een shift komen van CT- naar MRI-onderzoeken."

Ze drukken daarbij uitdrukkelijk hun steun uit voor een systeem voor actieve beslissingsondersteuning (software die op basis van patiëntgegevens en symptomen aanwijzingen geeft voor de meest geschikte medische beeldvormingstechniek, nvdr). "Dat verhoogt de zekerheid dat een aanvraag gerechtvaardigd is, waardoor onnodige onderzoeken vermeden kunnen worden."

Vorige week kon u op artsenkrant.com lezen dat het Riziv in totaal 13,5 miljoen euro terugeist van veertien ziekenhuizen omdat deze MRI-scans maakten met niet-erkende toestellen. Tijdens een controle van 144 MRI-toestellen stelde de DGEC (Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle) vast dat er 17 van die (ondertussen stilgelegde) toestellen niet erkend waren. De ziekenhuizen in kwestie, waarvan vijf in Vlaanderen, vijf in Wallonië en vier in Brussel, factureerden er zo'n 90.934 scans mee.RetroactiefIn een reactie laakt de Belgische Vereniging voor Radiologie (BVR) de grond waarop de terugvordering steunt, en de grootte van de bedragen. BVR-voorzitter Geert Villeirs: "Net zoals het Riziv zijn wij voor een strikt beleid en daarom hebben we het handhavingsbeleid mee vormgegeven, met onder meer de opmaak van een 'kadaster' van zware medische apparatuur." Op die manier moesten, proactief, alle niet-erkende toestellen uit het MRI-landschap verdwijnen. Dat het Riziv dit beleid nu retroactief aanwendt om "hoge terugvorderingen te eisen, zonder enig overleg en volledig tegen de geest van de gevoerde onderhandelingen in", ervaart de vereniging naar eigen zeggen als unfair. In het persbericht verklaart de BVR dat de details van het handhavingsbeleid pas in de loop van 2015 uitgewerkt werden. Het juridische sluitstuk verscheen in december 2016 in de programmawet. Bij de berekening van de terugvorderingen ging het Riziv echter terug tot 7 januari 2015. Daardoor vallen de terugvorderbare bedragen erg groot uit, aldus de BVR."Veel harder"Volgens Villeirs zijn de terugvorderingen overigens niet van dezelfde orde als de dadingen die de sector van de nucleaire geneeskunde kreeg omwille van niet-erkende PET-toestellen. "In tegenstelling tot bij de radiologen, werden de niet-erkende toestellen onmiddellijk erna erkend", zegt Villeirs. Hij vindt dan ook dat zijn beroepsgroep "veel harder" wordt aangepakt dan de nucleair geneeskundigen, en spreekt van een vertrouwensbreuk bij vele radiologen.Tot slot wijst de voorzitter erop dat de gesloten enveloppe in 2015, het jaar waarin de 17 niet-erkende MRI-toestellen in werking waren, niet werd overschreden. De huidige terugvorderingen vormen volgens hem een "zoveelste besparing" op het budget medische beeldvorming.Technologische innovatiesDe radiologen vragen dan ook dringend budget voor een Protocolakkoord II. "De MRI-capaciteit moet na het wegvallen van de niet-erkende toestellen terug op peil gebracht worden, de wachtlijsten moeten korter en er moet een shift komen van CT- naar MRI-onderzoeken."Ze drukken daarbij uitdrukkelijk hun steun uit voor een systeem voor actieve beslissingsondersteuning (software die op basis van patiëntgegevens en symptomen aanwijzingen geeft voor de meest geschikte medische beeldvormingstechniek, nvdr). "Dat verhoogt de zekerheid dat een aanvraag gerechtvaardigd is, waardoor onnodige onderzoeken vermeden kunnen worden."