...

De Nationale Raad van de Orde van Artsen bracht pas een advies uit over het bewaren van medische dossiers, met name de dossiers die de huisarts van zijn patiënten bijhoudt. Volgens de (nieuwe) deontologische regels van de Orde moet het dossier tot 30 jaar na het laatste patiëntencontact bewaard blijven.De Orde stelt dat de wet geen bewaartermijn vastlegt maar wel bepaalt dat de burgerlijke aansprakelijkheid pas 20 jaar na de feiten vervalt. Maar het wetsvoorstel van minister De Block voor een 'kwaliteitsvolle praktijkvoering binnen de gezondheidszorg' dat de ministerraad pas goedkeurde, stelt eveneens een bewaartermijn van minstens 30 jaar voorop.Meer dan bewarenDe huisarts moet na zijn pensionering niet alleen het medisch dossier bijhouden. Hij moet ook de continuïteit van de zorg blijven verzekeren. Hij moet de patiënt of de arts die de patiënt aanwijst de nodige informatie kunnen bezorgen.De wet op de patiëntenrechten bepaalt dat het medisch dossier veilig bewaard moet worden, dat de patiënt toegang tot de gegevens moet kunnen hebben, of een afschrift mag vragen. Doorgeven aan collega?Wanneer de huisarts na stopzetting van zijn praktijk niet zelf kan blijven instaan voor de continuïteit en het bewaken van de rechten van de patiënt, moet hij dat volgens de Orde aan een collega vragen die daarvoor kan instaan.De collega moet dan de continuïteit verzekeren, de veiligheid van het dossier verzekeren, en waken over de privacyregels en de rechten van de patiënt.Logisch is om het dossier door te geven aan de (huis)arts die de patiënt zelf aanwijst. Een soloarts die niet kan terugvallen op een collega uit dezelfde praktijk moet desnoods een andere (huis)arts vragen deze verantwoordelijkheid van hem over te nemen. Zo nodig kan de arts hulp vragen aan de Provinciale Raad van de Orde. Het wetsvoorstel van minister De Block bevat over het doorgeven van het dossier ook enkele bepalingen. Het legt daarbij een rol vast voor de op te richten 'Toezichtscommissie' en de Orde.ProceduresDe Orde wijst er verder op dat het medisch dossier bewijskracht heeft bij procedures over de deontologische regels of over burgerlijke aansprakelijkheid. Met het oog daarop moet de huisarts, nadat hij zijn dossiers heeft doorgegeven, zonodig opnieuw toegang kunnen krijgen tot de gegevens. Omdat de burgerlijke aansprakelijkheid overgaat op de erfgenamen van de arts, moeten ook zij desnoods een toegang tot de gegevens kunnen krijgen. De Orde beseft dat het bewaren van papieren dossiers praktische problemen kan geven. Bij het elektronische dossier vindt de Orde dat het de verantwoordelijkheid is van de softwareleveranciers om het "in bewaring" geven van een volledig pakket van dossiers bij een collega mogelijk te maken.