...

Het Vlaams Indicatoren Project voor Patiënten en Professionals (VIP²) bestaat al langer in de sector van de algemene ziekenhuizen. Voor het eerst meet nu echter ook de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) drie kwaliteitsindicatoren. Met name: inzet van ervaringsdeskundigen, suïcidepreventiebeleid en geneesmiddelenvoorschriften. De inzet van ervaringsdeskundigen beoogt de betrokkenheid van cliënten te bevorderen. Globaal werkt twee derde van de deelnemende voorzieningen met minstens één ervaringsdeskundige. Vooral psychiatrische ziekenhuizen en Initiatieven Beschut Wonen scoren goed.Via een tien-item checklist toetsen voorzieningen het suïcidepreventiebeleid af. Een externe audit in 66 voorzieningen gaf aan dat gemiddeld 7 van de 10 items conform de richtlijnen aanwezig waren. Een meldsysteem is er bijna overal en meestal heeft men ook specifieke richtlijnen. Het minst aanwezig was een jaarlijkse veiligheidsronde om suïcide-uitlokkende omstandigheden te detecteren.Voorts bleek drie vierde van de bijna 3.000 onderzochte geneesmiddelenvoorschriften volledig ingevuld met de tien noodzakelijke elementen. Zeven van de tien waren in 99% van de voorschriften aanwezig. In 15% van de onderzochte voorschriften ontbrak de handtekening van de arts. Op de kop af 5.305 patiënten werden bevraagd via de Vlaamse Patiënten Peiling (VPP). Dat gaf een gemiddelde tevredenheidsscore van 7,9/10 op thema's zoals inspraak, patiëntenrechten, therapeutische relatie enz. Zonder meer is dit een hoge score . Aangezien het een eerste testmeting was en nog lang niet alle voorzieningen uit de GGZ deelnamen, blijft voorzichtigheid echter geboden.In een reactie op de resultaten zei Vlaams minister voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Jo Vandeurzen (CD&V) het "vooral belangrijk te vinden dat de GGZ nu definitief gestart is met de systematische meting van kwaliteit en de effecten van de zorg." Het is de bedoeling dit jaarlijks te herhalen.