...

Artikel 17 van de wet 18/12/2015 - dat van kracht werd vanaf 1 januari dit jaar - bepaalt dat het aanvullend pensioen vereffend wordt op het moment dat iemand zijn wettelijk pensioen opneemt. Dat stelt een probleem voor artsen die met pensioen gaan, maar nog tot het akkoord zijn toegetreden.Het Riziv legt op zijn website uit dat er alleen een probleem rijst voor artsen die na 1 januari 2016 hun pensioen opgenomen hebben of zullen opnemen.Voor artsen die al met pensioen kunnen gaan maar dat nog niet doen, is er geen probleem. Als ze recht hebben op een sociaal statuut, kan dat blijven gaan naar de opbouw voor een aanvullend pensioen.Ook voor artsen die op 1 januari 2016 al met pensioen waren, verandert er niets aan de toen bestaande overeenkomsten. Op voorwaarde dat hun pensioenovereenkomst van vóór 1 januari dateert en zij het aanvullend pensioen nog niet hebben opgenomen, kunnen ze het sociale voordeel dat ze genieten blijven opbouwen zoals dat geregeld was.Maar voor artsen die na 1 januari 2016 met pensioen zijn gegaan, is de situatie op dit moment niet zo duidelijk. Door de nieuwe wet kunnen de voordelen van het sociaal statuut "niet langer kunnen bestaan in een deelname van het RIZIV in premies of bijdragen voor overeenkomsten tot aanvullend sociaal pensioen". Maar het Riziv zoekt een oplossing: "In het kader van de verdere harmonisering van de bepalingen m.b.t. de sociale voordelen zal in overleg met de betrokken partners worden onderzocht of hieraan eventueel een andere bestemming kan worden gegeven. Hiervoor is een wijziging van de GVU-wet vereist."