...

Dat zit zo: de Raad van de provincie waar ik woon, heeft het lidgeld voor 2014 vastgelegd op 220 euro. Op dat bedrag zijn kortingen van toepassing voor artsen die minder dan vijf jaar geleden hun diploma behaalden; voor artsen die aan de slag blijven na 65 jaar; en voor artsen die geen beroepsactiviteit meer uitoefenen. Het lidgeld dekt ook de bijdrage van 45 euro voor de Nationale Raad, luidt het. Aangezien het lidgeld voor de Orde deel uitmaakt van de aftrekbare kosten voor actieve artsen, komt de bijdrage voor mijn confraters - die als ik de statistieken mag geloven gewoonlijk meer dan 80.000 euro er jaar verdienen - na aftrek uit op zo'n 20 euro meer dan wat wordt gevraagd van gepensioneerden zonder beroepsinkomsten en zonder aftrekmogelijkheid. Actieve artsen die van een korting genieten, betalen uiteindelijk zelfs minder dan wat ik als gepensioneerde moet neertellen. Bij de Provinciale raad kreeg ik aan de telefoon te horen wat me boven het hoofd hangt als ik mijn lidgeld niet betaal. Ik kreeg de suggestie om me dan maar van de lijst van de Orde te laten schrappen, als ik de bijdrage wil vermijden. Dat lijkt me na 45 jaar trouwe en collegiale dienst toch wel een brug te ver. Bovendien zou ik dan ook geen geneesmiddelen meer kunnen voorschrijven aan mijn zieke echtgenote. Ik heb deze kwestie aangekaart bij verscheidene collega's: stuk voor stuk stonden ze versteld over het hoge lidgeld voor artsen die niet meer actief zijn. Ik heb vervolgens een brief gestuurd naar de Provinciale Raad van Namen met de vraag of het niet aangewezen zou zijn om de bijdrage voor gepensioneerde artsen terug te brengen tot een symbolisch bedrag, zowel op provinciaal als op nationaal niveau. Ik heb zelfs aangedrongen op een antwoord: "In afwachting van uw antwoord, en ondanks de vrij vernederende eis om mijn laatste belastingaangifte te moeten toevoegen, vraag ik een aanpassing van mijn bijdrage." Ik heb een korting van tien euro verkregen, maar over de kern van de zaak heeft de raad met geen woord gerept. Later heb ik vernomen dat de bijdrage voor de Nationale Raad in feite maar 22,50 euro bedraagt voor een gepensioneerde arts. Dat betekent dus dat de Provinciale Raad voor gepensioneerden een hoger lidgeld aanrekent dan voor actieve collega's! Wat hebben we uit dit alles geleerd? Misschien een gebrek aan respect en erkenning voor oudere collega's? In andere verenigingen worden ze tot ereleden benoemd... Voor alle duidelijkheid: als gepensioneerde arts betaal ik met plezier lidgeld voor de wetenschappelijke huisartsenvereniging, voor de lokale navorming, voor de kring en voor een artsensyndicaat, maar die bijdragen zijn stuk voor stuk redelijk. Gepensioneerde collega's, laten we deze situatie samen aanklagen!