...

En dus nam Chris Gastmans, hoogleraar medische ethiek (KU Leuven), samen met twee collega-ethici verbonden aan ethische onderzoekscentra in Oxford en Edinburgh, zelf het initiatief om de Belgische euthanasiewet te evalueren. "Als een van de weinige landen ter wereld waar euthanasie al toegepast wordt, trekt België de aandacht. Meer dan één kenmerk van onze euthanasiepraktijk doet in het buitenland echter vragen rijzen", kadert prof. Gastmans de totstandkoming van het boek."Zo blijkt uit onderzoek van Luc Deliens van de onderzoeksgroep 'Zorg rond het levenseinde' (VUB) dat slechts de helft van de feitelijke euthanasiegevallen in ons land gerapporteerd wordt. Op een symposium in mei rond 15 jaar euthanasie wees Deliens al naar de methode van de federale controle- en evaluatiecommissie euthanasie. Zo evalueert de commissie enkel de gevallen van euthanasie die door artsen gerapporteerd worden. Een systeem van "self-fulfilling prophecy", noemde Deliens het. Enkel de artsen die volledig volgens het boekje hebben gewerkt, gaan ook rapporteren.Chris Gastmans: "In 2015 hadden de 16 leden van de federale controleen evaluatiecommissie euthanasie - die hierin niet voltijds actief zijn - 2.022 dossiers te behandelen, in welgeteld tien vergaderingen. Daar kan je toch ernstige vragen bij stellen?"Daarbij is in al die jaren slechts één dossier doorgestuurd naar het gerecht, vervolgt prof. Gastmans. "Nota bene een case die op de Australische tv was uitgezonden en wereldwijd heel wat publieke verontwaardiging had teweeggebracht. De commissie kon dus moeilijk anders dan ze doorsturen. Dit alles wijst erop dat er in ons land na 15 jaar slechts een illusie bestaat van transparantie en controle op de uitvoering van euthanasie."Aan de in boekvorm gegoten 'ethische evaluatie' van de euthanasiewet werkten 19 auteurs mee. Chris Gastmans: "Het boek moest voor ons aan drie kenmerken voldoen: interdisciplinair - naast ethici, ook juristen en artsen als auteurs. Internationaal, omdat het ook nuttig is om buitenlandse experten met een frisse blik naar onze wet te laten kijken. Tot slot moesten de auteurs een diversiteit aan standpunten vertegenwoordigen, maar tegelijkertijd in staat zijn tot kritische reflectie over de euthanasiepraktijk in België."Wat opvalt in de auteurslijst: geen Wim Distelmans te bespeuren, toch een expert op vlak van palliatieve zorg en euthanasie.Er is een auteurslijst samengesteld aan de hand van de topics die we wilden behandelen. We hebben daarbij geen evenwicht nagestreefd tussen verschillende gezindheden. Wat is trouwens een boek met een 'ideologisch evenwicht'? Daaraan moeten pakweg 100 of meer auteurs meeschrijven. Er is ruimte voor andere boeken met andere experten, dit is niet het laatste woord over euthanasie in België.Welke zijn de 'lessen uit België' die de auteurs uit het boek getrokken hebben?Vijftien jaar geleden werd de wet verantwoord op basis van uitzonderlijke cases - zo begint trouwens het debat in alle landen. Vandaag zouden we aan zo'n 4.000 euthanasiegevallen per jaar zitten. Dat is 4,6% van alle overlijdens in Vlaanderen. Sorry, maar dan spreken we niet meer over uitzonderingssituaties. Euthanasie is geïntegreerd in de levenseindezorg, het is er een normale praktijk geworden. De volgende stap is dat euthanasie routine wordt.Waaruit blijkt dat euthanasie 'normaal' is geworden?Van artsen hoor ik dat zij de indruk hebben dat ze het niet verlenen van euthanasie sterker moeten verantwoorden dan de uitvoering ervan. Als de arts niet op een euthanasievraag ingaat, gebeurt het dat patiënten elders te rade gaan - soms met negatieve gevolgen voor de patiënten zelf, bv. als de euthanasie slecht wordt uitgevoerd.In de hoofden van mensen is euthanasie een recht geworden. Want wie heeft nu geen recht om snel te kunnen sterven, volledig op eigen initiatief en zonder lijden? Ook sommige experts nemen overigens de term 'recht' in de mond, maar nergens in de wet staat vermeld dat het om een recht gaat.Het probleem is dat zo'n maatschappelijk beeld, naarstig verspreid door media en andere verhalen, extra lijden met zich mee kan brengen, zegt professor Gastmans. "Ook maar de minste rimpeling bij het stervensproces wordt gezien als onaanvaardbaar en te vermijden - lijden waarvoor euthanasie de oplossing is. Maar zo creëer je een grotere vraag naar euthanasie."Voor sommige mensen, denk aan Marieke Vervoort, brengt het gegeven dat euthanasie mogelijk is rust in hun hoofd, waardoor ze - ondanks het lijden dat ze ervaren - bereid zijn om verder te leven.Als zij dat zo ervaren, dan is dat zo. Dat valt niet tegen te spreken. Maar bij psychiatrische patiënten is het moeilijk te voorspellen of het ernstig nemen van een euthanasievraag hen rust zal brengen, dan wel dat ze hierdoor net minder gaan openstaan voor het levensperspectief. Zo kan het dat dergelijke patiënten na een donkere periode een kentering ervaren waardoor het leven voor hen weer draaglijk wordt. Daarom is het voor deze patiënten ook zo moeilijk om te zeggen dat er voor hen geen oplossing meer is.De Vlaamse Vereniging van Psychiatrie heeft 'zorgvuldigheidscriteria' uitgedacht voor euthanasie bij ondraaglijk psychisch lijden...Het neerschrijven van dergelijke criteria zal een grote hulp betekenen voor artsen. De criteria voor euthanasie zoals ze nu in de wet staan, zijn immers veel te flexibel interpreteerbaar. Wat is 'ondraaglijk lijden'? Wat betekent 'medische uitzichtloosheid'? Dat zijn interpretaties van de arts. Wat we in België zien, is dat als je euthanasie wettelijk mogelijk maakt voor uitzonderlijke gevallen, deze criteria alsmaar breder worden geïnterpreteerd.Vandaag woeden er discussies over patiëntengroepen waar men 15 jaar geleden niet eens aan zou gedacht hebben, zoals dementie en andere wilsonbekwaamheid, psychisch lijden en zelfs levensmoeheid. Die dynamiek is onvermijdelijk, landen die een euthanasiedebat voeren moeten niet naïef zijn en denken dat zij alleen de uitzonderlijke gevallen in de wet kunnen 'inkapselen'.Authentieke zorgrelatieChris Gastmans sluit het gesprek af met een pleidooi voor een crustatieve zorgaanpak bij chronische psychiatrische patiënten die op het eerste zicht niet meer kunnen geholpen worden. "Het is een vorm van intense zorg die het leven voor deze patiënten weer draaglijk kan maken. Vergelijk het met palliatieve zorg, niet genezing maar wel de verhoging van de levenskwaliteit van de patiënt staat centraal." Kenmerken van zo'n benadering zijn onder andere een teamaanpak, een groene, lichtrijke omgeving met ruimte voor beweging en een authentieke zorgrelatie, en dit alles op eenzelfde plaats. "Er lopen zo al een aantal initiatieven bij psychiatrische patiënten en de resultaten daarvan zijn positief."Wat moeten we verstaan onder "authentieke zorgrelatie"?Uit onderzoek weten we dat lijden verschillende componenten kent; een daarvan is zich niet begrepen voelen. Die ervaring komt dan ook steeds terug bij psychiatrische patiënten. De patiënt en zijn lijden te erkennen kan ervoor zorgen dat hij zich beter begrepen voelt. En dit op een geïndividualiseerde manier, op maat van elke patiënt.Kan zo'n aanpak volgens u ook een oplossing zijn voor ouderen met levensmoeheid?Het moge duidelijk zijn dat een klinische of zorgtechnische oplossing - denk bijvoorbeeld aan meer animatie voorzien in woonzorgcentra - geen antwoord is op de problematiek van levensmoeheid. Levensmoeheid is immers geen medische aandoening, het is een existentieel probleem. Uit Nederlands onderzoek blijkt uit dat ouderen zich niet meer gezien of gehoord voelen - letterlijk soms. Kijk, er is niet veel nodig om levensmoe te zijn. Ouder worden gaat nu eenmaal gepaard met verlies en afscheid nemen, je lichaam dat achteruit gaat,... Als je dan nog het gevoel hebt dat je er niet meer toe doet, dat je alleen nog een object van zorg bent... Dan ben je binnen de kortste keren levensmoe. Zo'n existentieel probleem kan je alleen maar beantwoorden met een existentiële oplossing. En dat is: aandachtig luisteren en kijken naar die mensen, zich inleven in hun ervaringen - bijvoorbeeld door er gewoon gaan bij te zitten en ermee te babbelen. Hun levensbeleving zal veranderen en positiever worden.Met het huidige personeelstekort zie ik dat bijvoorbeeld in woonzorgcentra moeilijk gebeuren.Nee, dat is zo. We kunnen levensmoeheid alleen maar oplossen of verminderen door opnieuw te investeren in heel menselijke verhoudingen. Verpleegkundigen moeten daar dringend de tijd voor krijgen.