...

Het succes van een consultatie is een gedeelde verantwoordelijkheid voor arts en patiënt, wordt wel eens gezegd. "Toch blijkt uit de literatuur dat dat er bij beide partijen nogal wat ontevredenheid en frustratie leeft over dit contactmoment. Ervaringen die in feite grotendeels terug te brengen zijn tot een informatie-overdrachtprobleem", zegt jurist Tom Van de Putte. Samen met arts Piet Van de Steen vormt hij al zo'n tien jaar een zakenduo."Een patiënt wordt gemiddeld na 18 seconden onderbroken door zijn huisarts, terwijl hij eigenlijk 90 seconden nodig heeft om to the point te komen", citeert Van De Putte Europees onderzoek. "De vragen die de dokter stelt gaan bovendien vaak over zaken waar de patiënt niet op heeft gelet, of waarvan hij niet wist dat ze belangrijk waren. Gevolg: de patiënt blokkeert, of antwoordt naast de kwestie- tot frustratie van de arts, die niet de informatie krijgt die hij nodig heeft om zijn patiënt optimaal te helpen. Maar ook voor de patiënt zelf is het frustrerend: hoe vaak gebeurt het niet dat je de praktijk verlaat, en bepaalde zaken bent vergeten te zeggen of te vragen?"Daarop bedacht het duo een digitaal slim medisch interview waardoor zowel huisarts als patiënt beter voorbereid aan de consultatie kunnen beginnen.Piet Van de Steen legt uit: "Concreet werkt Bingli (het Chinese woord voor anamnese, nvdr) als volgt: wanneer de patiënt een afspraak maakt, wordt hem gevraagd om voorafgaand aan de consultatie reeds enkele vragen te beantwoorden. Hij begint met de reden voor zijn afspraak op te geven. Vervolgens peilt het systeem naar zijn Ideas -wat denkt hij dat hij heeft?-, Concerns -wat baart hem zorgen?- en Efforts -wat heeft hij zelf al ondernomen?. Voor de arts is het immers belangrijk om te weten waar de patiënt mee zit, en op welke vragen hij een antwoord moet geven.""Daarna geeft de patiënt zijn hoofdklacht op, gevolgd door zijn andere klachten. Indien het een klacht is die gekwantificeerd kan worden, zoals bv. koorts, hoesten, pijn, diarree...wordt eerst gevraagd alles in detail te kwantificeren. Eens alle klachten zijn ingegeven, gaan algoritmes, op basis van medisch besliskundige technieken, extra anamnestische vragen genereren die de hoogste 'information gain' opleveren voor de differentieel diagnose."In totaal worden er tien vragen gesteld. De hele flow neemt zo'n anderhalve minuut in beslag. Na afloop krijgt de arts een 'verslag', in een oogopslag ziet hij wat de klacht is van de patiënt, en wat zijn symptomen zijn. Zelf krijgt de patiënt de differentieel diagnose nooit te zien, de arts kan deze wel raadplegen om inzicht te krijgen in waarom bepaalde vragen werden gesteld.Uit tests met zes huisartsen en tweehonderdvijftig patiënten blijkt dat deze laatsten na het invullen van de vragenlijst met een veel geruster gemoed naar de dokter gaan. Tom Van De Putte: "De patiënt heeft zijn volledig verhaal reeds kunnen 'vertellen' en heeft daarbij de tijd gehad om na te denken, eventueel enkele zaken op te zoeken of na te vragen bij familie. Dit laat de arts toe om in het begin van de consultatie te zeggen: 'als ik het goed begrijp heeft u last van buikloop en verder niets, klopt dit?', in plaats van van nul te moeten beginnen."Bestaat het risico echter niet dat het gesprek op die manier de zakelijke tour opgaat? Vaak dient het inleidend gesprekje om het ijs te breken. "Niet zelden is de arts vandaag druk bezig met symptomen en andere info in te geven op zijn computer. Onze toepassing laat hem toe meer tijd uit te trekken om te luisteren naar en te praten met zijn patiënt", zegt Tom Van De Putte.Meer tijd, dat is gemiddeld 4 minuten op een consultatie van 15 minuten. "Niet alleen winnen de artsen tijd, ze moeten de informatie bij wijze van spreken niet meer uit hun patiënt sleuren, ook geen twijfels meer hebben over de accuraatheid ervan.""Of we artsen hierdoor aansporen om meer patiënten te zien? Wat artsen met deze tijdswinst doen, is aan hen", zegt Piet Van De Steen. "Een optie is bijvoorbeeld om die tijd in te vullen met wat patiënten belangrijk vinden, zoals uitleg krijgen over hun diagnose en voorschrift."Het duo benadrukt dat ze de arts hiermee op geen enkele manier wensen te vervangen. "Onze ambitie is om 50 à 60% van de vragen die de arts sowieso moet stellen, op voorhand te stellen. De verdere fijndiagnostiek moet door de arts gebeuren: ons systeem kan niet luisteren, voelen... Onze bedoeling is om de patient beter voor te bereiden, waardoor artsen betere en accuratere informatie krijgen enze hun werk nog beter kunnen doen."Laat het voor de arts ook een zekere gemoedsrust betekenen, vult Tom Van De Putte aan. "Zo zal het systeem steeds rekening houden met zeldzame ziekten in zijn vraagstelling." Op zijn beurt kunnen de algoritmes leren uit feedback van de arts. Door een diagnose in de lijst al dan niet te bevestigen, wordt het systeem slimmer en zal het alsmaar beter functioneren. "Vergelijk het met GPS-systeem Waze", zegt Tom Van De Putte. "Als elke gebruiker zijn steentje bijdraagt, werkt de toepassing op haar best."De makers integreerden ook een mogelijkheid voor de arts om terug te koppelen naar de patiënt, en via het systeem bijvoorbeeld informatie over zijn behandeling op te sturen. In de toekomst wordt er ingezet op nog meer terugkoppeling naar de patiënt, bijvoorbeeld door deze laatste de mogelijkheid te geven om bij het invullen van de vragenlijst zelf foto's te kunnen invoegen van bijvoorbeeld huiduitslag.De digitale vragenlijst is op dit moment nog niet gekoppeld aan het globaal medisch dossier, al wordt daar wel hard aan gewerkt, net als aan een personal health record. Informatie die de patiënt bij registeren eenmaal moet ingeven en die vervolgens gedeeld kan worden met andere zorgverleners. "Ook willen we bekijken wat de mogelijkheden zijn om de digitale vragenlijst in te zetten bij de specialist."