...

Sinds het begin van de jaren '90 voert de minister evenwel niet gewoon uit wat de artsen en ziekenfondsen overeenkomen - hij of zij beschouwt dit als een advies en kan het naast zich neerleggen. "Het overleg verloopt vaak heel moeizaam", stelt Marc Moens vast.Maagzuursecretie Hij vraagt zich dan ook af of artsenvertegenwoordigers niet beter rechtstreeks met de minister zouden onderhandelen, dat is met bemiddeling van de topambtenaren van het Riziv. "Dat zijn bekwame mensen die al meermaals hebben bewezen dat ze het overleg in goede banen kunnen leiden. Direct overleg met de overheid zou ons heel wat tijd en maagzuursecretie besparen.""Het is een spoor dat we heel ernstig nemen. We zijn het ook volop aan het uitwerken. Maar het overlegsysteem ombouwen is een gigantisch werk.De overheid moet ook de inspanningen van de mensen beter waarderen. Talrijke artsen, verpleegkundigen, kinesitherapeuten offeren geregeld een hele namiddag moet op om naar een van de vele comités in het Riziv te komen. Ze werken daar hard aan een advies, maar aangezien vele zelfstandigen zijn, ontberen ze ondertussen ook wel een stuk inkomen. De minister zou dan minstens het respect mogen hebben om, wanneer ze van een advies afwijkt, dat omstandig te motiveren.Belangenvermenging Ziekenfondsen moeten zich terugplooien tot hun kerntaken, vindt dr. Moens. "In de loop van een eeuw zijn het steeds machtiger organisaties geworden met steeds meer vertakkingen. Mensen van de ziekenfondsen zitten in de raden van bestuur van grote ziekenhuizen. Het is vaak pure belangenvermenging. Al verschillende politici hebben hun tanden erop stukgebeten."Als ledenorganisatie kunnen ze heel wat positief werk doen. Maar het systeem moet vereenvoudigd worden: de patiënt gaat zijn geld al lang niet meer terughalen aan het plaatselijke loket in zijn gemeente. Dat ze een vinger hebben in de pap in de ziekteverzekering is wel normaal, maar die vinger zou niet dikker mogen zijn dan die van de artsen en andere zorgverleners.Vlaanderen "Na de zesde staatshervorming willen we ook op gemeenschaps- en gewestniveau de gezondheidszorgmateries op constructieve manier mee sturen en beheren. Nu gebeurt dat op informele manier, heel correct en vriendelijk - wat ik zeer apprecieer - maar ook vrijblijvend." "Minister Vandeurzen heeft twee mensen in het veld gestuurd om een advies op te stellen over de representatieve artsenvertegenwoordiging. Naast Yolande Avondroodt zien we dat daar toch weer iemand van de ziekenfondsen is daarvoor is aangezocht: Robert Van den Oever." Aan Franstalige zijde bestaat meer bereidheid om het federale model over te nemen, stelt dr. Moens vast. In Vlaanderen verwerkt men dat alles in interne en externe verzelfstandigde agentschappen - met blijkbaar als wezenskenmerk dat het nogal stug verloopt. Dat zie je immers niet alleen als het over gezondheidszorg gaat, maar ook bij het onderwijs, bij het verstrekken van vergunningen...